Laat je training niet ontregelen!

door Verdickt Wouter – Kinesist
De invloed van de menstruele cyclus op sportprestaties, blessuregevoeligheid en training
Inleiding
Onlangs kreeg ik van een atlete die ik begeleidde de vraag of er een invloed kon zijn van haar maandstonden op haar trainingsprestaties. Mijn antwoord was: “ongetwijfeld wel, maar ik weet er te weinig van.” Samen met collega Elke trok ik naar het event ‘Empower Her Run’ van Runner’s Lab en leerde bij. Leerde veel bij.
Dat de menstruatiecyclus een belangrijk en onderbelicht onderwerp in de sportwereld is, had ik zelf al door. Vrouwelijke atleten werden historisch in onderzoek vaak over één kam geschoren met mannelijke atleten, ze werden wat beschouwd als “mini”-versies van mannen. Intussen weten we dat dit helemaal niet opgaat want dat hun hormoonhuishouding cyclisch schommelt. Die schommelingen hebben invloed op de rest van het lichaam. Aangezien de helft van mijn patiënten vrouwelijk is, gaf ik mezelf een (refresher?-)course.
Wat is de menstruele cyclus?
De normale menstruele cyclus duurt tussen de 26 en 35 dagen. Gemiddeld wordt er gerekend met 28 dagen. De cyclus start op de eerste dag van de menstruatie en loopt tot de dag vóór de volgende maandstonden. In die 4 weken kennen verschillende hormonen een golvend patroon. Tijdens een gezonde cyclus bereidt het lichaam zich voor op een mogelijke zwangerschap: er rijpt een eicel en het baarmoederslijmvlies wordt dikker. Als er geen bevruchting plaatsvindt, wordt dit slijmvlies afgestoten tijdens de menstruatie, en begint de cyclus opnieuw. Deze voortdurend veranderende hormonale omgeving beïnvloedt veel processen in het lichaam en heeft dus niet verwonderlijk ook effect op hoe je je voelt en presteert tijdens het sporten.
Fases van de cyclus en hormonale veranderingen
Een menstruatiecyclus kan je indelen in vier hoofdfasen: de menstruatiefase, de folliculaire fase, de ovulatie en de luteale fase. Sommige wetenschappers spreken vaak simpelweg van een eerste helft (folliculaire fase) en tweede helft (luteale fase).
Laten we even duiken in de veranderingen per fase:
- Menstruatie (menstruele fase): Dit is het begin van de cyclus (dag 1 is de eerste dag van menstruatiebloedingen) en duurt meestal 3 tot 7 dagen. Tijdens deze fase zijn de twee belangrijkste vrouwelijke hormonen – oestrogeen en progesteron – op hun laagste niveau. Het baarmoederslijmvlies wordt afgestoten, wat de bloeding veroorzaakt. Veel vrouwen voelen zich in deze fase minder energiek door het bloedverlies en de hormoondip, al verschilt dit individueel.
- Folliculaire fase: Deze fase bestrijkt grofweg de eerste helft van de cyclus (van het einde van de menstruatie tot de ovulatie). In de vroege folliculaire fase blijven oestrogeen en progesteron nog laag. Gaandeweg begint door de follikelstimulerend hormoon (FSH) in de eierstokken een eiblaasje (follikel) te rijpen, en dit follikel produceert steeds meer oestrogeen. De oestrogeenspiegel stijgt dus geleidelijk in deze fase. Vlak voor de ovulatie bereikt dit een piek, wat een golf van luteïniserend hormoon (LH) uitlokt. Progesteron blijft intussen laag. Veel vrouwen merken in de late folliculaire fase dat ze zich energieker voelen – dit komt overeen met de piekende oestrogeenwaarden die een positief effect hebben op stemming en energie.
- Ovulatie: Midden in de cyclus (bij een gemiddelde cyclus rond dag 14) vindt de ovulatie of eisprong plaats. Het LH-piekje zorgt dat de eierstok de rijpe eicel loslaat. Rond de ovulatiedag is oestrogeen op zijn top en daalt daarna weer abrupt. Sommige vrouwen voelen de ovulatie (een lichte steek of meer vaginale afscheiding), anderen niet. Om de ovulatie heen zit je hormonaal gezien op een keerpunt: oestrogeen was hoog en neemt nu af, en progesteron begint te stijgen.
- Luteale fase: Dit is de fase na de ovulatie, duurt ongeveer 10 tot 14 dagen en eindigt bij de volgende maandstonden. In de luteale fase is progesteron het meest aanwezige hormoon – het bereikt een piek halverwege deze fase. Oestrogeen krijgt vaak nog een tweede, kleinere opleving na de ovulatie, maar in mindere mate dan voorheen. Als er geen bevruchting optreedt, beginnen zowel progesteron als oestrogeen richting het einde van de luteale fase sterk te dalen. Die hormoondaling leidt uiteindelijk tot het afstoten van het baarmoederslijmvlies (menstruatie) en daarmee het begin van een nieuwe cyclus. Veel vrouwen ervaren (tot 85%!!) in de late luteale fase zogeheten PMS-klachten (premenstrueel syndroom) door de schommelende hormonen – bijvoorbeeld stemmingswisselingen, een opgeblazen gevoel, vermoeidheid of gespannen borsten.
De hormoondynamiek samengevat: in de eerste helft van de cyclus domineert oestrogeen (vooral tegen de ovulatie aan), en in de tweede helft domineert progesteron. Deze hormonen beïnvloeden tal van lichaamsprocessen, van de opbouw van spier- en bindweefsel tot brandstofgebruik en temperatuurregulatie. Zo kan de basale lichaamstemperatuur in de luteale fase door progesteron ongeveer een halve graad hoger liggen dan in de folliculaire fase. Dergelijke veranderingen lijken klein, maar kunnen meer dan subtiele effecten hebben op hoe je sport beleeft.
Invloed van de cyclus op blessures
Ben je als vrouw gevoeliger voor blessures in bepaalde fases van je cyclus? Mogelijk wel.
Uit onderzoek blijkt dat er tijdens de cyclus fluctuaties zijn in gewrichtsstabiliteit en spierspanning door de hormonenschommelingen. Rond het midden van de cyclus – de late folliculaire fase en ovulatie, wanneer oestrogeen hoog is en progesteron laag – zouden gewrichtsbanden iets rekbaarder (laxer) kunnen zijn. Dit komt omdat oestrogeen een effect heeft op de collageenaanmaak in je bindweefsel. Je kruisband bijvoorbeeld en dus je knie zou dus in de eerste helft van de cyclus vatbaarder zijn voor blessures.
Dit betekent natuurlijk niet dat elke vrouw midden in haar cyclus door haar knie zal gaan – de meeste trainen gewoon door zonder letsel. Maar het is een aandachtspunt: extra goed opwarmen, letten op techniek en eventueel explosieve trainingen en bewegingen iets meer beperken in volume kan vooral in die fase verstandig zijn.
In de tweede helft van de cyclus (luteale fase) is progesteron hoog, wat mogelijk een stabiliserender effect heeft op weefsels. Het blessurerisico zou daardoor soms iets lager kunnen liggen. Uiteraard spelen er veel andere factoren mee bij blessures (zoals spierkracht, vermoeidheid, schoenen/ondergrond, etc.), dus menstruele fase is zeker niet de enige bepalende factor. Het belangrijkste is om je eigen lichaam te kennen: als jij merkt dat je vlak voor je menstruatie altijd wat “losser” in je gewrichten zit of juist pijntjes hebt, neem dat gevoel dan serieus in je training.
Invloed van de cyclus op trainingsprestaties
Los van blessures, kan er ook gekeken worden naar effectieve prestaties. Presteer je anders tijdens verschillende fases van je cyclus? Met andere woorden, zouden hormoonschommelingen effect hebben op kracht, uithoudingsvermogen, snelheid of trainingsaanpassingen? Onderzoek, omdat ieder mens anders is, is hiernaar moeilijk. Toch zijn er een paar interessante tendensen en hypotheses:
- Kracht en anaerobe prestatie: In de eerste helft van de cyclus (folliculaire fase) zouden vrouwen iets beter kunnen presteren bij krachttraining en hoog-intensieve inspanningen dan in de luteale fase. Rond de ovulatie is oestrogeen het hoogst en dat hormoon heeft een spieropbouwend (anabool) effect. Daardoor is de maximale spierkracht en anaerobe capaciteit vaak het grootst zijn tijdens de late folliculaire fase. Wanneer vrouwen voornamelijk in hun folliculaire fase aan zware krachttraining doen (en in de luteale fase relatief rustiger trainden), boeken ze dus mogelijk meer spierkracht- en spiermassatoenames vergeleken met vrouwen die gelijkmatig of vooral in de luteale fase trainen.
- Uithoudingsvermogen en duurprestaties: Voor duursport liggen de verschillen per cyclusfase minder duidelijk. In theorie zorgt oestrogeen voor een hoger vetmetabolisme en glycogeensparing, wat voordelig kan zijn bij duursport in de eerste helft van de cyclus. Tegelijk kan de verhoging van de lichaamstemperatuur in de luteale fase (door progesteron) een nadelige invloed hebben op duursportprestaties in warmte – je voelt je sneller warm en vermoeid. Toch blijkt in de praktijk vaak dat vrouwen relatief constant presteren over hun cyclus bij duursport. Een studie bij getrainde roeisters, bijvoorbeeld, vond geen significant verschil in uithoudingsvermogen tussen de folliculaire en luteale fase. De dames leverden vergelijkbare maximale inspanningen en VO₂max in beide fases, en ook het gebruik van de anticonceptiepil maakte daarbij geen verschil. Dit suggereert dat, voor duurprestaties, de hormonale impact in veel gevallen klein is. Uiteraard kan het individueel verschillen – sommige vrouwen voelen zich net wat energieker na hun menstruatie en lopen dan persoonlijk betere tijden, terwijl anderen rond de ovulatie last krijgen van bijvoorbeeld ovulatiepijn.
- Vermoeidheid en herstel: Veel vrouwen ervaren in de dagen voor hun menstruatie (late luteale fase) meer vermoeidheid. Dit kan indirect invloed hebben op trainingsprestaties – als je je lusteloos voelt, loop je die intervaltraining misschien net iets moeizamer. Hormonale verschillen kunnen ook herstel beïnvloeden. Enkele onderzoeken naar krachttraining zagen bijvoorbeeld dat vrouwen in de luteale fase na een zware training hogere spierschade-markers hadden en langer last van spierpijn dan in de folliculaire fase. Dit zou passen bij het idee dat progesteron (hoog in luteaal) spierherstel net wat belemmert, terwijl oestrogeen (hoog in folliculair) het herstel juist kan bevorderen. Echter, de onderzoeksresultaten hierover zijn niet unaniem: andere studies vinden geen duidelijk verschil of zelfs dat pilgebruiksters sneller herstellen. Het algemene beeld is dat er individuele variatie is in hoe sterk de cyclus je training beïnvloedt.
Samenvattend: ja, de menstruele cyclus kan bepaalde prestaties en trainingsaanpassingen beïnvloeden, maar het effect verschilt per type inspanning en per persoon. Kracht en hoog-intensieve prestaties lijken iets beter te gaan in de eerste helft van de cyclus (hoog oestrogeen) dan vlak voor de menstruatie. Voor duursport is het verschil meestal kleiner. Belangrijk is wel om te benadrukken dat de wetenschap hierover niet zwart-wit is. Het advies is daarom: merk je bij jezelf dat je op bepaalde dagen topprestaties levert of juist instort, dan kan dit met je cyclus samenhangen. Gebruik die zelfkennis in je voordeel en in je communicatie naar je coach.
Invloed van anticonceptie
Veel sportende vrouwen gebruiken hormonale anticonceptie. Toen ik zelf als jonge gast aan het trainen was, hoorde ik mijn vrouwelijke collega’s vaak zeggen: “In wedstrijdfase moet je je pil gewoon doorpakken. Ook op trainingsstage is dat aangenamer.” Als jonge atleet stond ik er zelf nooit bij stil, maar nu zit ik in een andere positie. Dit roept dus de vragen op: wat is de invloed van dergelijke anticonceptie op de hormonale situatie en heeft dat effect op prestaties of blessures? En verschilt dit per type anticonceptie?
Hormonale anticonceptie en hormoonspiegels: De meeste hormonale anticonceptiemiddelen werken door de natuurlijke cyclus te onderdrukken. Neem de orale anticonceptiepil als voorbeeld: deze bevat synthetische hormonen (oestrogeen en progestageen) die ervoor zorgen dat je eigen oestrogeen- en progesteronproductie grotendeels stilgelegd wordt. Je hebt eenfase-pillen of meerfasige pillen. Bij een constant pilgebruik vindt er doorgaans geen ovulatie plaats. In plaats daarvan krijg je een constante, lage dosis hormonen binnen via de pil. Bij de veelgebruikte combinatiepil, echter, neem je 21 dagen een pil (met hormonen) en las je 7 dagen een stopweek in, waarin een kunstmatige onttrekkingsbloeding optreedt. “Meerfasige” pillen proberen de natuurlijke variaties na te bootsen met wisselende doses, maar de meeste zijn eenfase-pillen met een constante dosis. Het netto resultaat is dat een pilgebruikster veel stabielere hormoonspiegels heeft dan iemand met een natuurlijke cyclus – geen grote oestrogeenpieken rond een ovulatie (die er niet is) en geen hoge progesteronpieken in een luteale fase (die er evenmin is).
Andere vormen van hormonale anticonceptie werken vergelijkbaar in de zin dat ze ovulatie voorkomen of hormonale schommelingen dempen. De prikpil en hormoonimplantaat geven continu progestageen af in het lichaam, waardoor ovulaties wegblijven en oestrogeenspiegels laag blijven. De hormoonspiraal (IUD) werkt voornamelijk lokaal in de baarmoeder met progestageen: bij veel vrouwen blijft de ovulatie daarbij wél plaatsvinden, maar doordat het baarmoederslijmvlies niet goed opbouwt, hebben ze weinig tot geen menstruatie. Systemisch (in het bloed) zijn de hormoonspiegels bij een spiraal veel lager dan bij de pil, maar er is wel een invloed – sommige spiraalgebruiksters merken bijvoorbeeld minder extreme PMS-klachten, wat suggereert dat de hormonale pieken afgevlakt worden. Niet-hormonale anticonceptie (zoals het koperspiraaltje of condoom) beïnvloedt de hormonen helemaal niet: je cyclus blijft dan volledig intact zoals normaal.
Effect op prestaties en training: Doordat hormonale anticonceptie de hormoonhuishouding stabiliseert, verdwijnen ook cyclische effecten op prestaties grotendeels. Je zou kunnen denken dat dit ideaal is – geen last meer van hormonale “kwaaltjes” rond de menstruatie. Veel atletes gebruiken de pil bijvoorbeeld om hun menstruatie uit te stellen of te verlichten tijdens een belangrijk toernooi. Uit onderzoek blijkt dat prestatieverschillen tussen vrouwen mét en zonder pil inderdaad meestal klein zijn. Ook een grote review studie kon geen consistent nadelig effect van de pil op sportprestaties aantonen. Dit betekent dat, gemiddeld genomen, vrouwen aan de pil ongeveer hetzelfde presteren als wanneer ze een natuurlijke cyclus zouden hebben.
Toch zijn er een paar kanttekeningen. Ten eerste missen pilgebruiksters de oestrogeenpieken van de natuurlijke cyclus, en daarmee mogelijk ook de extra “anabole boost” die daarmee gepaard ging. Zo is geopperd dat spiergroei uit krachttraining iets minder kan zijn bij vrouwen die de pil nemen, omdat hun spiercellen constant in een lagere oestrogeenomgeving zitten. Deze theorie is echter nog onvoldoende bewezen. Daarnaast hebben sommige studies gekeken naar herstel na inspanning. Daarbij kwamen gemengde resultaten: sommige studies vinden bij pilgebruikster verhoogde ontstekingswaarden en spierschade markers na een zware training, waarbij andere studies dat effect minimaliseren. Kortom, het effect van de pil op training en prestaties kan aanwezig zijn, maar is waarschijnlijk subtiel en individueel verschillend. Een goede kennis van jouw lichaam en de signalen van je lichaam, kan je dus sturen naar optimalisatie van je training.
Effect op blessurerisico: Een interessante hypothese zou zijn dat hormonale anticonceptie blessurerisico zou kunnen verlagen. Je oestrogeenpieken geassocieerd met ligamentaire laxiteit worden namelijk afgevlakt. Dit wordt in sommige studies gesuggereerd. Vrouwen aan de pil zouden iets minder vaak zware knieblessures oplopen dan vrouwen met een natuurlijke cyclus, al spelen daarbij uiteraard ook andere factoren mee. Het mogelijk beschermende effect van de pil op bijv. kruisbandletsel is dus nog onderwerp van onderzoek – het is geen garantie tegen blessures. Bovendien heeft de pil ook nadelen (denk aan bijwerkingen of cardiovasculaire risico’s), dus het is niet zo dat atletes massaal de pil gaan slikken puur om blessures te voorkomen. Het belangrijkste is dat als je hormonale anticonceptie gebruikt, je je ervan bewust bent dat je lichaam anders reageert dan bij een natuurlijke cyclus. Je hebt misschien minder last van cyclusdips, maar let wel op andere signalen van je lichaam om niet te overtrainen of overbelasten.
Je training afstemmen op je cyclus
Nu, waarom ik eigenlijk aan deze blog begon: Kan en moet je als recreatieve sporter je training aanpassen aan je cyclus? En hoe kan je dat dan praktisch doen?
Want uiteindelijk is het doel om zo effectief en aangenaam mogelijk te trainen. En dat lukt het best met goede kennis van jouw eigen lichaam.
Hieronder dus een aantal praktische tips om je trainingen te laten aansluiten op de fases van jouw cyclus:
- Menstruatie (dag 1-5): Voel vooral goed aan wat je lijf aangeeft tijdens je menstruatie. Heb je veel pijn en weinig energie? Forceer dan niets: rustig bewegen kan al genoeg zijn. Lichte cardio, wandelen, yoga of stretchen kunnen helpen om de doorbloeding te bevorderen en krampen te verminderen. Wist je dat sporten tijdens je menstruatie je humeur kan verbeteren door de aanmaak van endorfines? Probeer dus in beweging te blijven, maar leg de lat niet te hoog voor jezelf. Een voordeel is dat in deze fase je hormonen laag zijn, wat bij sommige vrouwen juist betekent dat ze zich, na de eerste zware dagen, weer vrij stabiel en “neutraal” voelen om te sporten. Kortom: luister naar je lichaam – de ene vrouw knalt moeiteloos door haar menstruatie heen met normale trainingen, terwijl de andere beter doet aan actieve rust. Beide zijn oké.
- Folliculaire fase (ongeveer dag 6-14): In de dagen na je menstruatie gaan de oestrogeenlevels omhoog en veel vrouwen merken een toename in energie en motivatie. Dit is hét moment om voluit te gaan in je training. Je lichaam herstelt nu doorgaans snel en is gebaat bij prikkels. Bouw trainingsintensiteit en volume op in deze fase. Krachttraining kun je nu meestal zwaarder aanpakken – je zou merken dat je net wat meer gewicht aankan of minder spierpijn hebt. Ook intensieve intervaltraining, sprintjes of heuveltraining bij het hardlopen kunnen nu goed vallen. Je spieren profiteren van de hogere oestrogeenspiegel die de eiwitsynthese stimuleert. Veel vrouwen voelen zich in deze fase mentaal scherper en zelfverzekerder, wat ook helpt om nieuwe uitdagingen aan te gaan (misschien een nieuwe sport proberen of een persoonlijke record aanvallen). Geniet van deze “power”-periode, maar blijf natuurlijk luisteren naar je lichaam – overbelasting kan altijd, hormonen of niet.
- Ovulatie (rond mid-cyclus): Tijdens en vlak na de ovulatie ben je hormonaal gezien op een piekmoment (hoog oestrogeen, daarna een snelle verandering). Veel vrouwen voelen zich rond de ovulatie nog steeds topfit – je zit immers aan het eind van die krachtige eerste helft. Profiteer van je sterke dagen, maar let op: er zijn aanwijzingen dat rondom ovulatie de kans op bepaalde blessures iets verhoogt is (zoals we bespraken bij de ACL-risico’s). Je bent in deze fase wellicht net wat leniger of “losser” door het oestrogeen, dus blijf gefocust op goede techniek en opwarming. Veel atletes ervaren overigens ook een piek in hun uithoudingsvermogen en kracht rond deze dagen – het is dus een prima moment om een wedstrijd of zware training in te plannen, mits je je goed voelt. Na de ovulatie beginnen de hormoonverhoudingen te verschuiven, dus geniet van deze paar dagen waar je “alles aan kan”.
- Luteale fase (ongeveer dag 15-28): In de tweede helft van je cyclus neemt progesteron de overhand. Deze fase kenmerkt zich vaak door iets meer moeheid, zwaardere benen en bij sommigen minder motivatie, zeker in de laatste dagen vlak voor de menstruatie (PMS). Pas je trainingstempo en -inhoud aan als je merkt dat je lichaam hierom vraagt. Je hoeft zeker niet twee weken stil te zitten – blijven bewegen en trainen is juist goed – maar focus meer op onderhoud en techniek. Dit is een goede periode voor duurtraining in een rustig tempo, stabiliteitsoefeningen, yoga of pilates, en het verfijnen van je techniek. Hoge intensiteit mag ook, maar misschien met iets meer pauze of in kortere sessies. Je zult merken dat je in de luteale fase soms meer behoefte hebt aan rust en herstel. Geef daar ook aan toe: voldoende slaap en gezonde voeding zijn nu (nog meer dan anders) cruciaal. Sommige vrouwen hebben in deze fase een hogere hartslag en voelen zich sneller verhit door de verhoogde lichaamstemperatuur – hou hier rekening mee als je in warme omstandigheden traint (drink genoeg en las pauzes in). Tegen het einde van de luteale fase, wanneer je PMS zou kunnen opspelen, kun je eventueel de trainingsintensiteit verlagen of een extra rustdag nemen. Wees lief voor jezelf; de volgende cyclus begint straks weer en dan komt die energie terug.
Streef naar je eigen persoonlijke benadering
Bovenstaande tips zijn algemene richtlijnen. Het allerbelangrijkste is om persoonlijke data van jezelf te verzamelen. Overweeg om een trainingsdagboek bij te houden waarin je ook noteert in welke fase van je cyclus je zit en hoe je je voelt. Na een paar maanden kun je misschien patronen ontdekken (bijv. “steeds rond dag 21 voel ik me futloos, misschien beter die dag rusten” of “dag 10 t/m 15 gaan mijn intervals super goed”). Op basis daarvan kun je je schema fine-tunen, bespreek dit ook met je coach of begeleiders. Belangrijk: niet iedereen heeft een schoolvoorbeeld van 28 dagen of consistente reacties. Gebruik de cyclus vooral als extra tool om naar je lichaam te luisteren, niet als strikte kalender die je moet volgen. Flexibiliteit blijft key: als jij je onverwacht fantastisch voelt in je PMS-week, houd je dan vooral niet in; en als je tijdens je hoog-oestrogeen dagen toch slap voelt, forceer dan niets en neem rust. Jij bent de expert van je eigen lichaam.
Conclusie
De menstruele cyclus is een natuurlijke en belangrijke factor die bij sportende vrouwen meespeelt in hun training, prestaties en blessuregevoeligheid. Waar vroeger dit onderwerp vaak genegeerd of zelfs taboe was, weten we nu dat rekening houden met je cyclus je als atleet én als recreant voordelen kan bieden. Samenvattend enkele praktische tips voor sportende vrouwen: luister naar je lichaam en let op patronen doorheen je cyclus, plan zware trainingen op dagen dat je je doorgaans sterk en energiek voelt (vaak in de week na je menstruatie) en wees niet te hard voor jezelf op dagen dat de hormonale rollercoaster voor vermoeidheid of ongemak zorgt. Bespreek met je coach of trainer dat je cyclus een rol kan spelen – steeds meer trainers staan hiervoor open en begrijpen het belang hiervan. Mocht je hormonale anticonceptie gebruiken, besef dan dat je lichaam anders reageert dan bij een natuurlijke cyclus; ook dan blijft het zaak om naar je signalen te luisteren en je trainingsbelasting daarop af te stemmen. Tot slot: laat de cyclus je vooral niet ontmoedigen, maar zie het als iets dat je kunt managen. Lichamen zijn tot geweldige sportprestaties in staat. Door kennis over je cyclus te combineren met slimme trainingsaanpassingen, kun je het beste uit jezelf halen op een verantwoorde manier. Succes en vooral veel plezier met sporten, elke dag van de maand!
Bronnen:
Brown, N., Knight, C. J., & Forrest, L. J. (2021). Elite female athletes’ experiences and perceptions of the menstrual cycle on training and sport performance. Scandinavian Journal of Medicine & Science in Sports, 31(1), 52–69. https://doi.org/10.1111/sms.13818
Carmichael, M. A., Thomson, R. L., Moran, L. J., & Wycherley, T. P. (2021). The impact of menstrual cycle phase on athletes’ performance: A narrative review. International Journal of Environmental Research and Public Health, 18(4), 1667. https://doi.org/10.3390/ijerph18041667
D’Souza, A. C., Wageh, M., Williams, J. S., Colenso-Semple, L. M., McCarthy, D. G., McKay, A. K. A., Elliott-Sale, K. J., Burke, L. M., Parise, G., MacDonald, M. J., Tarnopolsky, M. A., & Phillips, S. M. (2023). Menstrual cycle hormones and oral contraceptives: A multimethod systems physiology-based review of their impact on key aspects of female physiology. Journal of Applied Physiology, 135(6), 1284–1299. https://doi.org/10.1152/japplphysiol.00346.2023
Enea, C., Delpech, N., & Bosquet, L. (2023). Comment on: “Menstrual Cycle: The Importance of Both the Phases and the Transitions Between Phases on Training and Performance.” Sports Medicine, 53(3), 761–762. https://doi.org/10.1007/s40279-022-01778-w
Hibbert, E. (n.d.). Beyond the female athlete triad – understanding Relative Energy Deficiency in Sport (RED-S). Physio Network. https://www.physio-network.com/blog/relative-energy-deficiency-in-sport/
Kissow, J., Jacobsen, K. J., Gunnarsson, T. P., Jessen, S., & Hostrup, M. (2022). Effects of follicular and luteal phase-based menstrual cycle resistance training on muscle strength and mass. Sports Medicine, 52(12), 2813–2819. https://doi.org/10.1007/s40279-022-01679-y
Le, C. (2023). Combined hormonal contraceptive use is not protective against musculoskeletal conditions or injuries: A systematic review with data from 5 million females. Physio Network. https://www.physio-network.com/research-reviews/other/combined-hormonal-contraceptive-use-is-not-protective-against-musculoskeletal-conditions-or-injuries-a-systematic-review-with-data-from-5-million-females/
Oleka, C. T. (2020). Use of the menstrual cycle to enhance female sports performance and decrease sports-related injury. Journal of Pediatric and Adolescent Gynecology, 33(2), 110–111. https://doi.org/10.1016/j.jpag.2019.10.002
Rocha-Rodrigues, S., Sousa, M., Reis, P. L., Leão, C., Cardoso-Marinho, B., Massada, M., & Afonso, J. (2021). Bidirectional interactions between the menstrual cycle, exercise training, and macronutrient intake in women: A review. Nutrients, 13(2), 438. https://doi.org/10.3390/nu13020438
Rogan, M. M., & Black, K. E. (2023). Dietary energy intake across the menstrual cycle: A narrative review. Nutrition Reviews, 81(7), 869–886. https://doi.org/10.1093/nutrit/nuac094
Runners’ Lab. (2025a, April 18). De invloed van de menstruatiecyclus op sporten. Runners’ Lab. https://runnerslab.be/news/de-invloed-van-je-menstruatiecyclus-op-sporten/
Runners’ Lab. (2025b, April 18). Voeding voor de sportende vrouw. Runners’ Lab. https://runnerslab.be/news/voeding-voor-de-sportende-vrouw/
Thompson, B., Almarjawi, A., Sculley, D., & Janse de Jonge, X. (2020). The effect of the menstrual cycle and oral contraceptives on acute responses and chronic adaptations to resistance training: A systematic review of the literature. Sports Medicine, 50(1), 171–185. https://doi.org/10.1007/s40279-019-01219-1
Vaiksaar, S., Jürimäe, J., Mäestu, J., Purge, P., Kalytka, S., Shakhlina, L., & Jürimäe, T. (2011). No effect of menstrual cycle phase and oral contraceptive use on endurance performance in rowers. Journal of Strength and Conditioning Research, 25(6), 1571–1578. https://doi.org/10.1519/JSC.0b013e3181df7fd2
Wie is Wouter Verdickt?
Wouter Verdickt studeerde in 2014 af als kinesitherapeut aan de KU Leuven. Hij combineerde zijn eerste jaren als therapeut met coaching in de zwemwereld. Nadat hij in andere praktijken werkte, richtte hij in 2017 richtte hij Bodypoint op. Bodypoint is een zorgpraktijk in Londerzeel waar verschillende disciplines mekaar ontmoeten.
Wanneer je hem niet in de praktijk vindt, kan je Wouter terugvinden met loopschoenen of in de Crossfit. Die liefde voor krachttraining en lopen probeert hij met patiënten en klanten te delen.